Fietsen is leuk, efficient, makkelijk en veilig als u steeds op het overige verkeer let en u aan de regels houdt. Er wordt rekening gehouden met fietsers door het overige verkeer dus ongelukken gebeuren zelden.
Waar kan ik fietsen?
• Gebruik de verplichte fietspaden of de fietsstroken die gemarkeerd zijn aan de rechterkant van de weg. Houdt rechts, zodat snellere fietsers u ongehinderd kunnen passeren.
• Fiets niet op de stoep, in winkelstraten of op autowegen.
• U mag niet fietsen op pleinen als bijvoorbeeld Stationsplein, Leidseplein, Rembrandtplein, Waterlooplein en de Dam. Ook winkelstraten als Leidsestraat en markten zoals de Bloemenmarkt zijn fietsvrije gebieden.
Deelnemen aan het verkeer
• Geef al het van rechtskomend verkeer – taxis, trams en bussen inbegrepen – altijd voorrang, tenzij de voorrang anders staat aangegeven. Verkeer van links zou u altijd voorrang moeten verlenen maar u kunt beter niet voetstoots aannemen dat dit ook gebeurt.
• Voordat u van richting wilt veranderen of stilhouden, kijk altijd eerst over uw schouder achterom of dit mogelijk is. Wanneer het veilig is, geef richting aan en sorteer voor. Als u weifelt in de drukte kunt u beter afstappen en de oversteek lopend maken.
• Gebruik uw bel om andere verkeersdeelnemers te waarschuwen. De bel is geen speelgoed!
• Stop nooit uit het niets tijdens het fietsen, zorg eerst dat u uit de verkeersstroom bent.
• Wacht altijd voor het rode stoplicht ook al doen anderen dit niet. Volg altijd aanwijzingen van de politie op. Het negeren van de regels of aanwijzingen kan u een boete van 50 euro kosten.
• U mag bij rood licht rechtsaf slaan als dit veilig kan en als u hierbij richting aangeeft.
• U kunt meestal het groene licht activeren door op een knop te drukken bij de wachtstreep.
• Let op, dat uw wielen niet in de tramrails blijven steken, rijdt er altijd overheen in een scherpe hoek.
• Gedraag u niet zoals velen, door gehaast door te stampen zonder voorrang te verlenen, rode lichten te negeren of door voetgangersgebieden te rijden. Blijf alert en houdt het overzicht over het overige verkeer.
Uw fiets parkeren
• Verlaat nooit uw fiets zonder deze af te sluiten, ook al is dit maar voor een paar seconden.
• Zet uw fiets altijd vast aan iets onbeweegbaars, bij voorkeur aan een fietsenrek. Gebruik altijd de twee sloten: het AXA-slot van het achterwiel en het kettingslot om het frame en het voorwiel aan de vaste wereld te ketenen.
• Parkeer niet voor het Centraal Station tenzij in een rek of in de bewaakte stalling.
• Laat niets achter op uw fiets.
• Gebruik altijd alle sloten als u meer dan één fiets huurt.
Drank en drugs
Behalve door bovenstaande tips in acht te nemen, behaalt u de beste resultaten als u niet onder invloed van drank of drugs aan het verkeer gaat deelnemen. Behalve dat dit strafbaar is, is het voor uw eigen veiligheid en die van uw mede-weggebruikers beter om scherp te blijven. Geniet, maar ken uw grenzen en voorkom dat een mooie dag eindigt in een ziekenhuis.